07: ‘Walk on..’

Helaas is het enige tijd stil geweest in de Mercy Motel…

Op 21 februari jongstleden overleed mijn vader Hein Verhoeven op 72-jarige leeftijd aan de gevolgen van ALS. In oktober 2017 kregen we te horen dat mijn vader ongeneeslijk ziek was en begon zijn strijd met een tegenstander zonder gezicht. Telkens als hij had geaccepteerd dat hij iets niet meer kon, kwam er wel een volgende tegenvaller. Een ziekte van acceptatie, zo noemden we het samen ook wel eens. En om in je hoofd een beetje gezond te blijven was dat maar het beste, accepteren. Ik heb een grote bewondering en respect voor hoe mijn vader de afgelopen jaren met zijn ziekte is omgegaan. Natuurlijk, hij mopperde wel eens, maar dat staat in geen verhouding met al die talloze keren dat hij volhardend bleef proberen om toch nog zelf die drinkfles op te pakken, zonder hulp wilde opstaan of zelf wilde proberen naar de WC te gaan. Ik merkte dat ik op dat soort momenten zowel een gevoel van medelijden als van trots voelde. Trots op hoe hij tot het gaatje wilde gaan, zelf hulpmiddelen bedacht om het leven een fractie gemakkelijker te maken. Maar vooral trots op het feit hoeveel interesse hij in de situatie van anderen bleef houden. Tot de allerlaatste week stuurde hij berichten naar vrienden en familie die zelf ook tijdelijk niet zo lekker gingen. Hij vrolijkte ze op, had tijd genoeg voor een goed gesprek en putte daar zelf merkbaar ook kracht uit. Wilskracht, want waar de spierkracht hem steeds meer in de steek liet, daar kwam blijkbaar bij hem extra wilskracht voor terug.

Jarenlang is mijn vader een regelmatige bezoeker geweest van mijn shows. Hij vond de tijd met mijn sixties coverband ‘The Hot Studs’ fantastisch. Rock ’n roll, Elvis, The Beatles, feest, bier, gezelligheid en dan ook nog eens zijn eigen zoon op het podium waar iedereen naar kijkt. Ontelbare keren kwamen er mensen na een show naar me toe om te vertellen dat ze niet alleen van de band, maar ook van mijn vader hadden genoten. Genoten van zijn enthousiasme en hoe trots hij was op alles wat ik deed met mijn muziek. En toen begon mijn Mercy John periode. Mijn platen zette hij op een lessenaar pontificaal in de woonkamer. Zelf was hij mijn allergrootste klant, om de zoveel maanden kocht hij een hele partij CD’s en die gaf hij dan weg aan een ieder die op bezoek kwam. Muzikanten horen niet graag hun eigen muziek (ik in ieder geval niet), maar als ik bij hem op bezoek ging, was dat niet te vermijden. Sinds hij Spotify en Sonos had ontdekt knalde ‘Strangers’ steevast door de huiskamer. Eigenlijk had ik maar één echte concurrent: ‘Elvis Presley’. Zo lang als ik me kan herinneren was mijn vader fan. De stem, de liedjes, de nostalgie, de dansjes, hij genoot er enorm van. Op Youtube heeft hij de laatste weken hele concerten op volume standje extreem zitten kijken en genoten. ‘Heartbreak Hotel, Hound Dog, Jailhouse Rock, Love Me Tender’.

Enkele maanden geleden vroeg mijn vader aan me of ik op zijn uitvaart een aantal liedjes wilde spelen. Destijds heb ik hem gezegd dat ik dat zeker wilde proberen, maar dat ik niet zeker wist of ik, wanneer het moment daar was, het ook echt zou kunnen. Op zijn sterfbed kwam dezelfde vraag. ‘Jongen, blijf alsjeblieft muziek maken en speel nog een laatste liedje voor mij.’ Eerder al had hij zonder dat ik het wist een lijst met liedjes gemaakt. Liedjes die hij graag op de uitvaart wilde laten horen. Het verbaasde me niets dat ‘Roller Coaster’ daarbij stond. Ook niet dat ‘You Were Always On My Mind’ in de uitvoering van Elvis op het lijstje stond. Verder had hij ook ‘What I Like About You’ van ‘The Romantics’ gekozen. Met dat nummer knalden wij als ‘The Hot Studs’ jarenlang onze set af om het dak van een zaal af te blazen. Dat is precies wat hij wilde, niks een saai afscheid. Een feestje moest het zijn. En niet te lang stilstaan, doorgaan met leven, bouwen, schrijven en sjouwen..

 

Het laatste liedje dat ik die dag ooit voor mijn vader heb gezongen, is een nummer waar ik zelf nog steeds elke keer kippenvel van krijg. Waar ik het ook hoor, of ik het nu zelf speel of op de radio wordt gedraaid. Het is een liedje dat mijn vader ontzettend veel recht doet. Zoals ik hem 42 jaar lang als mijn vader heb meegemaakt. Mijn vader was geen grote prater en over gevoelens praten zat er bij zijn generatie sowieso niet zo in. Maar ik wist dat ik op mijn weg om mijn dromen te vervullen niet alleen was. Ik wist dat ik op de achtergrond altijd op zijn steun kon rekenen:

 

When you walk through a storm
Hold your head up high
And don't be afraid of the dark

At the end of a storm
There's a golden sky
And the sweet silver song of a lark

Walk on through the wind
Walk on through the rain
Though your dreams be tossed and blown

Walk on, walk on
With hope in your heart
And you'll never walk alone

You'll never walk alone

Welterusten lieve pap,

de strijd is gestreden, het werk is gedaan.

De liedjes zijn gezongen, tijd om door te gaan...

   X

John


Heb je zelf een vraag of wil je een verhaal delen? Klik hier.

Previous
Previous

08: ‘Muziek aan Bed’

Next
Next

06: ‘Perfect imperfections’